Afdeling Wonen en Monumenten
Aan Bewoners Marqant
Datum 28-03-2011 Bijlage(n) - Kenmerk RO11.2511660
Informatie René Asschert Tel. (050) 367 86 35 Fax (050)
Onderwerp Jongerenhuisvesting Reitdiepzone
Geachte Bewoners,
Op 2 januari 2011 heeft u ons een brief gestuurd over jongerenhuisvesting in de Reitdiepzone. U pleit in uw brief voor een integraal plan voor de Reitdiepzone en uit
daarnaast uw verontrusting over de plannen voor jongerenhuisvesting in de zone. Op
16 februari 2011 heeft er over dit onderwerp een gesprek plaatsgevonden met
wethouder Frank de Vries en vertegenwoordigers van Lefier. In deze brief gaan we in
op de door u gestelde vragen en opmerkingen.
De gemeente lijkt zelf nog geen plannen te hebben voor de GEMbeton locatie. Wat is
hier de reden van?
Zoals u terecht opmerkt is de locatie in het bezit van de gemeente. Wij zijn nu als
onderdeel van de manifestatie BOUWJONG! een aantal varianten voor mogelijke
invulling van het terrein voor jongerenhuisvesting aan het onderzoeken. We hopen
rond de zomer de verschillende plannen voor te kunnen leggen aan omwonenden en
andere belanghebbenden.
In het verlengde van bovenstaande vraag en aansluitend op uw suggestie om een
integrale aanpak voor de Reitdiepzone te ontwikkelen kunnen wij u meedelen dat er
voor de Reitdiepzone een ontwikkelingsstrategie zal worden opgesteld. De reden
hiervoor is dat in de zone meer ontwikkelingen op stapel staan die onderling moeten
worden afgestemd. Zo is de GEMbeton-locatie zowel in beeld voor
jongerenhuisvesting als voor verdere uitwerking in het kader van de Intense
Laagbouw. Daarnaast heeft woningcorporatie Lefier, die meerdere locaties in de zone
bezit, een aanzet gegeven voor ontwikkeling van dit gebied tot een zone voor
huisvesting van jongeren. Met de woningcorporaties Lefier en de Huismeesters is een
verkenning uitgevoerd naar de bestaande (stedenbouwkundige / verkeerskundige)
kaders, huidige functies en ambities ten aanzien van toekomstig gebruik. Op basis van
deze verkenning wordt de komende maanden een ontwikkelingsstrategie uitgewerkt,
gericht op het aantrekkelijk maken van (delen van) deze zone voor
jongerenhuisvesting.
Campusvorming op Zernike
Wij streven in ons beleid naar een ongedeelde stad met evenwichtig samengestelde
wijken. Het kenmerk van Groningen is dat studenten altijd onderdeel hebben
uitgemaakt van de stad. Ons beleid is erop gericht om dit juist te versterken. Vandaar
dat wij bij de zoektocht naar geschikte locaties voor grootschalige jongerenhuisvesting
zones hebben gezocht die in de stad zijn gelegen maar tegelijk voldoende ruimte en
mogelijkheden bieden om aantallen te realiseren.
Wij zijn van mening dat een campus op het Zerniketerrein niet bijdraagt aan onze
doelstelling. Daarnaast zijn de mogelijkheden om op Zernike woonruimte te realiseren
beperkt in verband met veiligheidszones rondom gebouwen van de Rijksuniversiteit.
Wat is het beleid van de gemeente Groningen inzake studentenhuisvesting?
We willen in Groningen een goed woon- en leefklimaat bieden aan álle mensen die in
de stad willen wonen; jongeren, studenten én andere stadjers. Daarom zijn we hard aan
het werk om nieuwe woningen te laten bouwen om de groei van het aantal jongeren op
te vangen en om de huisvesting van jongeren op een voor iedereen zo goed mogelijke
manier te regelen.
Wij verwachten, op basis van demografische ontwikkelingen en woningmarktonderzoek,
dat er de komende jaren zo’n 4.500 extra eenheden nodig zijn om in de
vraag naar wonen onder jongeren te kunnen voorzien. Driekwart van de jongeren in de
stad woont particulier. De particuliere sector levert daarmee een grote bijdrage aan de
huisvestingsopgave. Maar particuliere verhuur heeft ook beperkingen: niet alleen zijn
woningen vaak gehorig, ook betaalt de student vaak te veel geld voor te weinig
kwaliteit. Daarom willen we de groei opvangen op een andere manier: grootschalige
jongerenhuisvesting, in de stad, op plekken waar dat kan.
Wat zijn de prognoses voor de toekomst t.a.v. studentenaantallen?
De prognoses gaan uit van een verdere groei van het aantal studenten. Uit landelijk
onderzoek in opdracht van VROM blijkt dat in elk geval tot 2020 de groei van het
aantal studenten toeneemt, daarna vlakt de groei wat af. Alleen al tot 2014 zijn er
daartoe landelijk zo’n 60.000 eenheden extra nodig.
De prognose van de RUG gaat uit (bij gelijkblijvend marktaandeel t.o.v. andere
universiteiten) van een groei tot bijna 28.000 Nederlandse studenten in 2014. Met de
ambitie van de RUG om in 2014 5.000 internationale studenten te tellen, komt het
totaal aantal studenten op 33.000 in 2014. De Hanzehogeschool heeft een prognose
opgesteld tot 2020 van ca. 27.000 studenten.
Wij gaan de komende jaren nauwlettend de woningmarkt voor studenten en andere
jongeren volgen en indien nodig ons beleid aanpassen.
Welke afweging maakt de gemeente om op deze specifieke locatie studentenhuisvesting te realiseren?
Zoals eerder aangegeven willen wij grootschalige jongerenhuisvesting realiseren in de
stad. Wij hebben daartoe in 2009 vier zones onderscheiden die wat ons betreft daartoe
geschikt zijn (te maken): de Eendrachtskade e.o., het gebied rond winkelcentrum
Paddepoel, het Bodenterrein en de Reitdiepzone. Wij hebben vervolgens een
verkenning uitgevoerd naar mogelijke locaties binnen deze vier zones waar kansen
liggen voor grootschalige jongerenhuisvesting. Deze verkenning is uitgevoerd door bij
de marktpartijen (corporaties en ontwikkelaars) initiatieven en ideeën op te halen. Ook
zijn enkele locaties naar voren gekomen die niet direct in deze zones liggen maar wel
goede kansen bieden. Uiteindelijk heeft dit onder andere geleid tot het initiatief van
Lefier om op het ACM-terrein te onderzoeken of jongerenhuisvesting een
mogelijkheid is.
Dit past in onze visie op een ontwikkeling op de ACM-locatie, waarbij overigens
tijdens de manifestatie “Intense Stad” (2004-05) gesproken is over een hoogteaccent
op deze plek. Tijdens deze manifestatie hebben wij dit ook zo gecommuniceerd naar
de omgeving.
Uiteraard worden leegstaande kantoorgebouwen meegenomen met deze verkenning.
Er zijn hiervoor diverse lokaties in beeld (zoals de Rabobanktoren in Paddepoel en het
belastingkantoor aan de Hofstede de Grootkade). Wat betreft het Suikerunieterrein
willen we jongerenhuisvesting als optie meenemen in de verdere verkenning van dit
gebied. We willen deze optie onderzoeken en onderdeel uit laten maken van de
bredere zoektocht naar een geschikte (tijdelijke) invulling van het terrein.
Wat is de juridische status van het gebied (Reitdiepzone)?
Het geldende bestemmingsplannen is Friesestraatweg e.o. I (1975). De huidige
bestemming is Handel en industrie. U kunt inzage krijgen in het bestemmingsplan bij
het Loket Bouwen en Wonen van de dienst RO/EZ en via
http://bestemmingsplannen.groningen.nl/. Bestemmingsplanwijzigingen of
vrijstellingsprocedures die in procedure worden gebracht, worden bekendgemaakt in
de Gezinsbode. Deze zijn uiteraard ook bij het Loket in te zien.
Zijn er plannen in voorbereiding inzake bestemmingsplanwijzigingen en/of
vrijstellingsprocedures op grond van de Wet Ruimtelijke Ordening?
De aanvraag voor de vrijstellingsprocedure voor de eerste fase van de ACM-locatie
(ten zuiden van het fietspad) is in juni 2008 ingediend. In september 2009 is de
bouwaanvraag 1e fase ingediend (voor de duidelijkheid: de benaming ‘1e fase’ verwijst
in dit geval naar de fasering van de procedure voor de bouwaanvraag). Lefier is nu
bezig met de voorbereidingen voor de definitieve bouwaanvraag. Omdat de wet in de
tussentijd is gewijzigd en er tegenwoordig een ‘omgevingsvergunning’ moet worden
aangevraagd, wordt nog bekeken welke procedure voor dit plan zal worden gevolgd.
Hierover zullen we u actief berichten.
Omdat wij van mening zijn dat woningbouw een goede invulling van dit gebied is
ondersteunen wij de, voor de eerste fase van de ACM-locatie, benodigde
bestemmingsplanwijziging naar woningbouw.
Voor het deel van het ACM-terrein ten noorden van het fietspad (tweede fase) liggen
er bij de gemeente momenteel geen plannen ter beoordeling. Op het moment dat die er
wel liggen, zal de procedure worden opgestart, waarbij ook - conform het convenant
met bewonersorganisaties - de wijkorganisaties Paddepoel en Vinkhuizen zullen
worden betrokken. Uiteindelijk zal een plan formeel in procedure worden gebracht,
waarbij iedereen zijn of haar zienswijze kenbaar kan maken aan het gemeentebestuur.
Voor de duidelijkheid: de gemeente heeft op dit moment ook nog geen (positief of
negatief) oordeel uitgesproken over een variant met drie torens van tien woonlagen.
Milieuregelgeving
Een aantal vragen van u heeft betrekking op milieuregelgeving. Voor wat betreft deze
milieueisen zal de ontwikkelaar zich aan de wet moeten houden. Het plan dat wordt
ingediend zal worden getoetst op wettelijke bepalingen het gebied van bodem, geluid,
externe veiligheid en luchtkwaliteit. Zonder concreet uitgewerkt plan kunnen wij hier
op dit moment niet meer over zeggen. Overigens heeft de geluidsregelgeving
betrekking op het maximale geluidsniveau binnen een woongebouw en gaat het niet
om eventuele geluidsoverlast van een woongebouw op een ander woongebouw.
Parkeren
Het gemeentelijk parkeerbeleid is van toepassing. Uiteraard geldt ook hiervoor dat het
project aan de gemeentelijke eisen zal moeten voldoen.
Reitdiep
Voor wat betreft de afstand tot het Reitdiep geldt een te hanteren bebouwingsafstand
van 12 meter tot de kade. Bij de verdere planvorming zal rekening gehouden moeten
worden met het karakter van het Reitdiep als natuurlijke watergang.
Tot slot
Wij beseffen dat wij een aantal van uw vragen slechts in algemene zin hebben
beantwoord. De reden daarvan is dat er nog geen concreet plan voor de 2e fase van het
ACM-terrein is. Zoals in ons gesprek op 16 februari 2011 aan de orde is geweest
neemt Lefier binnenkort een besluit over het verder ontwikkelen van de 2e fase. Lefier
heeft aangegeven daarna een informatieavond voor omwonenden te willen
organiseren. Zoals afgesproken zullen we voor deze avond in dezelfde samenstelling
als op 16 februari bijeenkomen.
Wij gaan ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Met vriendelijke groet,
burgemeester en wethouders van Groningen,
namens hen,
de algemeen directeur van de dienst Ruimtelijke Ordening en Economische Zaken,
namens deze,
E. Schieven,
directeur Ruimtelijke Ontwikkeling
Geen opmerkingen:
Een reactie posten